CIVA
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog woedt in België een huisvestingscrisis. Door het tekort aan materialen schieten de kosten de hoogte in, de schaarste aan bouwgrond voedt de speculatie en de wederopbouw na de bombardementen loopt tergend traag. De leefomstandigheden van de arbeidersklasse worden steeds schrijnender. De plattelandsvlucht aan het midden van de 19de eeuw had hen al naar de steden gedreven, waar ze onder erbarmelijke omstandigheden in de sloppenwijken leefden.
Zoekend naar oplossingen stellen bepaalde beleidsmakers en architecten uit de Belgische modernistische avant-garde het tuinwijkmodel voor: een groene woon- en leefplek aan de rand van de stad. Het model heeft heel wat voordelen: de bouwgrond is er goedkoper, standaardisatie en het gebruik van moderne materialen zoals beton drukken de bouwkost. Bouwen gaat voortaan dus ook een pak sneller.
Een deel van de tuinwijken uit de jaren ‘20 staat het economisch en sociaal-cultureel model van coöperatief wonen voor: elke bewoner huurt de eigen woning maar is tegelijk mede-eigenaar van de tuinwijk in haar globaliteit. Het idee impliceert niet enkel het creëren van voldoende collectieve ruimte maar houdt ook een evenwicht in tussen het individuele en het collectieve, privé en publiek, eenheid en verscheidenheid.
Het idee van collectief wonen lijkt de laatste tijd terug van weggeweest. Met een tentoonstelling, die focust op de tuinwijk Le Logis-Floréal, en een colloquium met Belgische en internationale gasten plaatst CIVA de coöperatieve tuinwijken niet enkel in een historisch perspectief. Het onderzoekt ook de relevantie van het model voor de huidige uitdagingen op het vlak van architectuur, stadsplanning en landschap, en of het kan inspireren als socio-economisch en cultureel project.
Gesproken talen : Engels, Frans, Nederlands
Open op:
Geniet van 50% korting op je treinreis!
Dankzij je museumpas krijg je 5 Discovery Tickets van NMBS waarmee je aan halve prijs H/T reist naar de musea van je keuze.