3 musea vol striphelden

Droomde jij wel eens van een reis in de teletijdmachine van professor Barabas? Wou je net zo’n goeie journalist worden als Kuifje of eerder een eigen paddenstoel hebben in Smurfenland? Grijp je museumpas en bezoek deze 3 musea vol stripfiguren. Een schot in de roos voor kinderen en een nostalgisch momentje voor hun ouders.

1) Belgisch Stripmuseum: handen schudden met Jommeke

Striptekenaars, ze worden ook wel eens ’de helden van de Negende Kunst’ genoemd. In het Belgisch Stripmuseum in hartje Brussel komen niet alleen de pioniers van de strip aan bod, maar krijgen ook de hedendaagse tekenaars een ereplaats. Je ontdekt er hoe een strip tot stand komt en staat oog in oog met Robbedoes, Jommeke, de Smurfen en Nero. En dat allemaal in een prachtig staaltje art-nouveau-architectuur van Victor Horta. Keer zeker nog eens terug, want het museum zet regelmatig nieuwe tentoonstellingen op. 

2) Suske en Wiske Museum: snuffelen door de werkkamer van Willy Vandersteen

Wist je dat Suske en Wiske eigenlijk al 75 jaar oud zijn? Die zien er nog best goed uit. Op 19 december 1945 verscheen de eerste strook in de krant en sindsdien beleefden de vrienden al meer dan 350 avonturen samen. Het Suske en Wiske Museum in Kalmthout is een ode aan het werk van striptekenaar Willy Vandersteen. Het museum ligt zelfs exact op de plek waar Vandersteen vroeger woonde en werkte. Curieuzeneuzen mogen gaan loeren in zijn oude werkkamer. 

3) Hergé Museum: de wereld rond met Kuifje en zijn hond

In het Hergé Museum in Louvain-La-Neuve leer je niet alleen Kuifje en Bobbie, maar vooral hun schepper beter kennen. Originele tekeningen, films, modellen en zeldzame objecten nemen je mee op avontuur vol schurken en mysteries. Maak kennis met de vader van het Europese stripverhaal, de ‘meester van de klare lijn’, in al zijn facetten: als illustrator, letterontwerper, scenarioschrijver, publicist en soms ook als schilder. Hergé was het allemaal. En nog zoveel meer dan dat.